Nieuws

Een luchtkoeler is een warmtewisselaar die lucht als koelmedium gebruikt om een ​​warme stroom af te koelen tot de gewenste temperatuur. Luchtkoeler genoemd. Het principe is dat de warme vloeistof in de buis door de buiswand en de vinnen gaat om warmte uit te wisselen met de lucht buiten de buis en vervolgens de rol van koeling en condensatie vervult. De luchtkoeler bestaat hoofdzakelijk uit een regeling, een beugel en een ventilator. De warme vloeistof beweegt in de buis en de lucht blaast buiten de besturing. Omdat de hoeveelheid ventilatie die nodig is voor warmte-uitwisseling groot is en het algemene luchtvolume onbevredigend is, wordt vaak een axiale ventilator gebruikt. Luchtkoelers kunnen worden gebruikt voor koeling of condensatie, en worden veel gebruikt bij: raffinage, condensatie van petrochemische overheaddampen; koeling van diverse nagalmproducten van koeldrogers; koeling van circulerende gassen en condensatie van turbine-uitlaatgassen van thermische energiecentrales. Het kan veel industrieel water besparen, de milieuvervuiling verminderen en de infrastructuurkosten verlagen. Vooral in gebieden met een watertekort kan het vervangen van koud water door luchtkoeling het gebrek aan watervoorziening verlichten. Het stroomverbruik, het geluid en het vloeroppervlak zijn echter groot, en het koeleffect wordt sterk beïnvloed door de klimaatverandering.

De bedieningselementen voor de luchtkoeler omvatten warmteoverdrachtsbuizen, pijpkasten, zijbalken en balken. Het kan op drie basismanieren worden geplaatst: horizontaal, verticaal en schuin (visgraat). In de tussentijd is het horizontale warmteoverdrachtsgebied groot, is de luchtverdeling uniform en is het warmteoverdrachtseffect goed; wanneer het hellende dak wordt geplaatst, wordt de ventilator in het midden van de visgraat geïnstalleerd en is het vloeroppervlak klein en de structuur compact. Om de invloed van de lagere warmteoverdrachtscoëfficiënt aan de luchtzijde te compenseren, wordt doorgaans gekozen voor een buis met vinnen aan de buitenwand van de lichtbuis. De lamellenbuis fungeert als warmteoverdrachtsbuis en kan het warmteoverdrachtsgebied vergroten. De lamellenbuizen worden in lagen geplaatst en de twee uiteinden worden door middel van lassen of uitzetten met de buizenkast verbonden. De buis bestaat doorgaans uit 3 tot 8 rijen. De schaal van de besturingsserie is maximaal 12 meter. De buitendiameter van de lichtpijp is meestal 25 mm en 38 mm, de vinhoogte is over het algemeen 12 tot 15 mm en de regelbreedte is 100 tot 3000 mm. De lamellenbuis is het centrale onderdeel van de luchtkoeler en de methoden en materialen ervan beïnvloeden rechtstreeks de functie van het apparaat.